Beste Anne Marie,
Een builtje kaneel moet je wel in huis halen. En stook het fornuis niet te heet op. |
Vanmorgen sprak ik moeder, toen heb ik haar meteen gevraagd hoe lang zij de schoenlapperstaart in de oven laat. Ongeveer een uur. Het hangt natuurlijk wel van de dikte van de taart af. En je moet het kolenfornuis niet te heet opstoken; de taart moet langzaam garen.
Platte taart
Toen mijn wasgoed op het bleekveld lag, ben ik even naar de kruidenier gelopen voor een builtje kaneel. Vanmiddag heb ik moeders recept uitgeprobeerd. Om de kosten heb ik er veel minder suiker in gedaan en ik heb alle hoeveelheden gehalveerd. Daardoor werd de taart wel heel plat.Ik heb vijf goudreinetten uit de kelder genomen, 2 eetlepels suiker, een theelepel kaneel, zes beschuiten, 50 gram romige boter, drie eieren van onze kippen en een mespunt zout. Het eiwit moet je stijf kloppen en de boter moet je eerst laten smelten.
Je begint met moes koken van de appelen met de suiker. Daarna voeg je de kaneel toe. De beschuiten verkruimel je. Het beschuitkruim voeg je toe. Ook de gesmolten boter vermeng je met de moes. Dan mogen ook de eierdooiers en het zout erbij. Als laatste schep je de stijfgeklopte eiwitten door het mengsel.
Heerlijk fris
Moeder zegt dat deze lekkernij de volgende dag nog heerlijker smaakt. Zojuist namen Arie en ik een puntje bij de koffie. Arie is extra vroeg uit de hoepmakerij gekomen vanavond. Of het vanwege de taart was durf ik niet te zeggen. We vonden allebei dat de mensen vroeger goed wisten wat lekker is. Door de appelen smaakt de taart heerlijk fris. Het boekje waar moeder het recept uit heeft, is uit 1866 en werd geschreven door Henriëtte Davidis. Al eerder schijnt het werkje in het Duits te zijn verschenen.Het overblijfsel heb ik in de kelder gezet. Morgen krijgt de kleine Gerrit ook een stuk. Wat zal hij smullen.
Je liefhebbende,
Plonia
Geen opmerkingen:
Een reactie posten