Een foto van Arie

Mijn man Arie Loeve. De foto is nog voor ons
trouwen gemaakt.
Hardinxveld, 28 november 1912

Beste Anne Marie,

Het verblijdt me dat jij toch ook een meegaande huisvrouw kunt zijn. Opstandigheid siert een vrouw niet. In de kerk heb ik geleerd dat de man boven de vrouw is gesteld. Ik heb een goede man en heb niets te klagen.

Die Engelse mijnheer Stuart Mill waarover jij schrijft ken ik niet. In mijn tijdschrift 'Eigen Haard' heb ik nog niet over hem gelezen. Verder doet het mij deugd dat je liever met mij schrijft dan met Aagje Hoogendoorn. Zij zou geen goede invloed op je hebben hoor.

Rijshaak

Vanmorgen is Arie alweer vroeg vertrokken om in de griend te gaan werken. Ik vroeg me af of ik je ooit een goede foto van Arie heb laten zien. Daarom heb ik er een bijgevoegd.

Het was nog erg koud en donker toen hij vanmorgen de dijk op ging. In zijn buidel droeg hij een emaillen veldfles met thee, een appel, een flinke stapel boterhammen en zijn rijshaak. Weet jij eigenlijk wat een rijshaak is? Het is een stuk gereedschap waarmee de mannen in de grienden de wilgentenen afhakken.

Arie heeft een bijzondere rijshaak; hij is gemaakt door mijn vader. Als je goed kijkt, zie je de inscriptie op het blad. Die letter 'w' is van mijn vaders naam: Weppelman. Zo kunnen we bij ons in het dorp altijd zien door welke smid een voorwerp is gesmeed.


Arie gebruikt de rijshaak om wilgentenen af te hakken. De tenen gaan naar zijn hoepelmakerij.

Als Arie 's morgens vroeg de kou in gaat, ben ik er helemaal niet rouwig om dat ik mijn werk binnen bij kachel en fornuis kan doen. 
Maar ik zeg er niets van dat jij graag buitenshuis werkt hoor. Het is zoals mevrouw Aletta Jacobs tegen me zei op Twitter: 'Vergelijken is niet noodig. Er is nog zooveel te doen op de wereld. Ieder doet zijn of haar deel.'
Als je de huishouding maar niet veronachtzaamt, want daar kan niets goeds uit voortkomen.

Je liefhebbende Plonia
De rijshaak van Arie draagt het merkteken van mijn vader, smid Gerrit Weppelman.

Meegaande vrouw in de 21ste eeuw

John Stuart Mill (1806-1873) met zijn vrouw.
Ottoland, 26 november 2012

Ha Plonia,

Vervelend dat mijn vorige bericht jou boos maakte. Ik wil graag met je blijven schrijven. Feministes hebben we bij ons genoeg. Die mevrouw Hoogendoorn uit jouw dorp vind ik daarom niet zo interessant. Ik vind het boeiender om te ontdekken hoe jij het leven ervaart - en met jou de meeste vrouwen in jouw dorp.

Vechten


Ik zal uitleggen waarom het mij verbaast dat jij je niet druk maakt over de beperkingen voor vrouwen. Als ik me verdiep in levens van vrouwen uit de geschiedenis, zie ik veel onrechtvaardigheid. Jouw vrouwelijke generatiegenoten moeten vechten voor zaken die voor mannen vanzelfsprekend zijn. Vechten voor een gelijk salaris, vechten om te mogen studeren, vechten om docente te mogen worden, vechten om te mogen stemmen.


Zwak en emotioneel


John Stuart Mill schreef in 1869 een essay:  'The subjection of women'. Daarin pleit hij voor gelijke kansen voor mannen en vrouwen. Hij schrijft dat vrouwen wordt geleerd om zich als zwak, emotioneel en volgzaam te gedragen, overeenkomstig het vooroordeel over hen. Hij stelt de huwelijkswetten aan de kaak, volgens welke vrouwen gehoorzaamheid zijn verschuldigd aan hun man. En dat je capaciteiten van vrouwen onmogelijk kunt beoordelen als je hen geen kansen geeft. Voor mij allemaal vanzelfsprekend, maar in jouw dorp is het dat niet.

Meegaand


Het is niet mijn bedoeling om je op te jutten. Ik heb alleen mijn verbazing geuit over jouw meegaande, berustende houding.Maar ach, toen ik moeder werd, mijn werkgever deeltijdwerken niet toestond en iedereen het vanzelfsprekend leek te vinden dat ik de zorg voor de kinderen op me nam, ben ik ook niet de barricaden op gegaan. Ik maakte er als journaliste temidden van luiers, speelgoed en dagelijkse fruithapjes het beste van. Eigenlijk was ik ook best meegaand. Meestal.

Liefs,
Anne Marie

Ik ben géén suffragette

Uit ergernis over jouw schrijven heb ik mij bij het
sokken stoppen een paar keer in de vingers geprikt.

Hardinxveld, 23 november 1912

Dag Anne Marie,

Waarom moet ik mij van jou druk maken om de mogelijkheden van vrouwen in mijn dorp? Het merendeel van hen is best tevreden. Mevrouw Jacobs, die jij heel onbeleefd steeds Aletta noemt, is een geleerde dame. Dat zij met de huishouding geen genoegen neemt, welnu, dat kan ik mij voorstellen.

Aagje

Misschien kun jij beter met Aagje Hoogendoorn gaan corresponderen. Op de vijfden van deze maand is er weer een bijeenkomst geweest van de Hardinxveldse Bond voor Vrouwenkiesrecht. Aagje is presidente van de afdeling geworden. Er hebben zich tien nieuwe leden gemeld. Zal ik jou ook aanmelden?

Suikerbeest

Ik zal je vertellen waarover ik mij druk maak. Over een leuke verrassing voor de kleine Gerrit. Het is immers bijna Sint Nicolaas. De jongen wil graag een suikerbeest. Nu denk ik erover om er zelf een te maken, maar ik heb dat nog nooit gedaan. Ik ben bang dat ik dure suiker zal verknoeien.

Nieuwe klompen

Natuurlijk kan ik ook een suikerbeest bij de bakker kopen. Dan moet ik de aankoop van een paar nieuwe klompen wat langer uitstellen. Elke week leg ik wat huishoudgeld opzij voor een nieuw stel. Mijn rechterklomp is namelijk bijna doorgesleten, en de linker wordt ook al slecht. Dit is het vraagstuk dat mij momenteel bezighoudt. Geen diepgravende kwesties, geen politieke zaken, geen vrouwenrechten. Al denk ik over beschouwelijke dingen natuurlijk ook wel eens na.

Welnu, als je neerkijkt op mijn eenvoudige leven en liever met een suffragette wilt corresponderen, dan moet je het maar zeggen. Ik wil het Aagje best vragen. En o, gebruik het woord 'hartstikke' maar niet meer. Dat is een zeer onfatsoenlijk woord!

U groetend,
Plonia

Het knotten is begonnen

Knoestige wilgenstoven, begroeid met mos. Toen ik de
wilgentenen zag, moest ik denken aan Arie en zijn hoepelmakerij.
Ottoland, 21 november 2012

Ha Plonia,

Soms wilde ik dat ik griendwerker was. Gistermiddag liep ik in de uiterwaarden van de Merwede langs een stuk hakgriend. Een Vlaamse gaai vloog op, pronkte met het heldere blauw in zijn vleugels. Fazanten schetterden. Het knotten is al begonnen, zag ik. Knoestige wilgenstoven zonder pruik staken donker af tegen de grijze lucht.

Koud in de griend

Is Arie ook alweer in de grienden aan het werk? Het moet wel koud zijn voor hem, hele dagen buiten werken. Of krijgt hij het al hakkend vanzelf warm? Hij draagt natuurlijk de wollen borstrok die jij voor hem breidde.

Je vroeg me wat geleisuiker is. Dat is suiker met pectine. Je kun er mooie jam of gelei mee maken zonder dat je fruit en sap lang hoeft te laten (in)koken.

'Buiten is het guur en vochtig en in de courant staan berichten over oorlog', schreef je. Hier is het precies zo. Herfst in Holland en strijd in de wereld. Geen Balkanoorlog, maar wel gevechten in Syrië en Israël. Sommige dingen veranderen niet, ze verplaatsen zich hooguit.

Oneerlijk

Iets heel anders: ik zag op Twitter dat je contact had met Aletta Jacobs! Die Aletta is nog steeds hartstikke beroemd weet je dat?

Overigens vond ik jouw vraag aan haar te beperkt; het gaat in een leven niet alleen om geluk, maar ook om wat je betekent voor anderen. Op dat gebied vind ik haar heldhaftig. En ik ben het met haar eens dat het oneerlijk is om het werkveld van vrouwen te willen beperken tot huis, tuin en keuken. Dat jij je daar niet, net als Aletta, wat drukker over maakt, dat snap ik toch echt niet.

Hartelijke groet,
Anne Marie

Ansichtkaart

19 november 2012

Cadeautje van PloniaLoeve.com
Klik onder de afbeelding op 'download' en print je eigen exemplaar.

Ansichtkaart Plonia Loeve

Hete cacao om bij te komen

Ik heb een beker hete cacao voor mijzelf gemaakt.
Hardinxveld, 19 november 1912

Beste Anne Marie,

Buiten is het guur en vochtig weer en in de courant staan berichten over oorlog.

'Bulgaren en Turken liggen met gespannen haan tegenover elkaar bij de Tsjataldsja-linie, maar de aanhoudende stortregens verhinderden het oprukken naar de laatste Turksche stelling.'

Daarbij berichtte de courant ook over een Giessendamse jongen van tien jaren oud die in de afgelopen week met zijn hoofd onder een rijtuig is geraakt. Ik had Neeltje er al over horen vertellen. De jongen is hevig verwond. De koetsier had geen schuld aan het ongeval, stond erbij.

Hete cacao

Om bij te komen van alle narigheid in de courant, en om op te warmen, heb ik voor mijzelf eerst eens een heerlijke beker hete cacao gemaakt. Terwijl ik daarvan kleine teugjes nam, schoot me te binnen dat ik je nog moet vragen wat geleisuiker is. Dergelijke suiker is mij niet bekend. En voor mijn kweeperengelei gebruik ik geen sap van sinaasappelen, zoals jij. Dat is wel erg luxe! Ik gebruik water en heel gewone suiker, zeef de peren eruit en laat het sap inkoken.

Verder dacht ik nog eens na over mevrouw Aletta Jacobs. Ze wilde niet worden als de ongehuwde vrouwen in haar dorp, schreef jij. Welnu, dat wilde ik ook niet, dus dat begrijp ik. Maar huwen en een eigen huishouden bestieren, dat is naar mijn stellige overtuiging het hoogste wat een vrouw bereiken kan.

Gelukkiger?

Ik bewonder de moed en kracht van mevrouw Jacobs. Zelf zou ik niet staande blijven in bloederige operatiezalen. En de wereld rondreizen om te strijden voor vrouwenkiesrecht: ik moet er niet aan denken. Het liefst slaap ik in mijn eigen bed. Wat mij bezighoudt: is mevrouw Jacobs gelukkiger dan ik? Of in ieder geval tevreden met haar bestaan? Tevredener dan ik?

Je liefhebbende Plonia

Aletta Jacobs en jij

Aletta Jacobs wilde meer dan aardappels schillen,
poetsen en een beetje handwerken.
Ottoland, 17 november 2012

Ha Plonia,

Mijn haar opsteken? Nee, dat staat me niet zo goed. En bij ons is het heel normaal als volwassen vrouwen hun haren los laten hangen. Wen er maar aan :-)

Jouw wieg wordt mooi zeg. Het is dat je me er al eerder over schreef, anders zou ik verwacht hebben dat jij jouw kind in een gevlochten wiegje van wilgentenen gaat leggen. Daar zie ik wel eens plaatjes van.

Strijd

Momenteel lees ik een boek over Aletta Jacobs. Zij werd geboren in 1854; ze is 35 jaar ouder dan jij. Je hebt vast over haar gehoord. Regelmatig haalt ze de kranten, onder andere vanwege haar strijd voor vrouwenkiesrecht. Ik verbaas me erover dat ze zo anders op haar tijd reageert dan jij.

Aletta Jacobs was het achtste kind, jij was het zevende (als ik jouw vroeg gestorven broertjes en zusjes niet meereken). Bij Aletta thuis moest zuinig worden geleefd. Ook jouw ouders hoorden niet bij de rijken in het dorp. Net als jij kwam ze na de lagere school in de huishouding terecht. Maar ánders dan jij voelde zij zich daar diep ongelukkig bij.

'Om gek van te worden'


Alette schrijft in haar boek 'Herinneringen van dr. Aletta H. Jacobs':

"Ik voelde mij diep ongelukkig bij het vooruitzicht dat mijn leven zou verloopen als dat van zoovele ongehuwde vrouwen bij ons op het dorp. 's Morgens huishoudelijk werk verrichten. 's Middags met een handwerkje achter de horretjes zitten gluren, tusschen drie en vier uur een wandelingetje doen; en dat jaren achtereen, elken dag weer opnieuw. 't Was om gek van te worden."

Ooit sprak ik met een antropoloog over de manier waarop vrouwen bij jullie reageren op de mogelijkheden die zij hebben. Die antropoloog zei: 'Je ziet altijd dat zo'n 95 procent van de mensen de algemene trend volgt. Hooguit 5 procent durft af te wijken.' Aletta hoorde dus bij die 5 procent van mensen met lef en gedrevenheid toen ze in 1871 toestemming kreeg om lessen te gaan volgen aan de Groningse Universiteit.

Meerderheid

Bij ons is het precies als bij jullie: het gros van de mannen en vrouwen voegt zich in het patroon van de meerderheid. Bij ons betekent dat: mannen zijn net als bij jullie kostwinner, vrouwen werken parttime (de meeste maximaal 24 uur per week). Wat dat betreft ben ik net als jij: ik doe wat de meeste vrouwen doen.

Wat ik me afvraag: begrijp jij wat Aletta schrijft?

Goede zondag morgen!
Anne Marie

Een schets voor mijn wieg

Tijdens de koffie toonde vader mij zijn schets
van de wieg die hij voor mij maakt.
Hardinxveld, 14 november 1912

Beste Anne Marie,

Je ziet er net uit op de foto die je me stuurde. Werkelijk een keurige vrouw. Niemand in mijn dorp zou iets op je kleding aan te merken hebben. Maar je haar, dat moet je wel opsteken hoor.

Vanmorgen tijdens de koffie kwam vader even aangelopen. Met een plechtige uitdrukking op zijn gezicht legde hij een papier voor mij op het tafelkleed: de schets van de wieg die hij voor mij maakt. Ik zag sierlijk gebogen poten. En fraaie krullen langs de bovenrand van de wieg. Al zijn vakmanschap en liefde legt hij erin, dat zie ik.

IJzer buigen

Vader vertelde erbij dat de hoeken rond worden, en niet recht zoals op de tekening. 'Ik ben beter in het buigen van ijzer dan van potloodstrepen', zei hij. 'De tekening is al prachtig', antwoordde ik. 'Als de wieg nóg mooier wordt dan deze prent, durf ik mijn kind er straks bijna niet in te leggen.'

Balkanoorlog

Vader vertelde over foto's die hij van de Balkanoorlog had gezien, in het tijdschrift 'De Prins'. De Turken zijn in het nauw gedreven. En de Grieken beschikken over vreeslijk wapentuig: mitrailleurs. Vader zei: 'Bij de foto stond dat dit type van geweren zeer deugdelijk is gebleken en uitstekende resultaten heeft opgeleverd.'

We hopen maar dat tussen de groote mogendheden weldra overeenstemming tot stand komt over de wijze waarop de oorlog spoedig beëindigd kan worden. Dan kunnen de mensen in die landen weer spreken over deugdelijke gereedschappen in plaats van deugdelijke wapens. Ook daar leven immers vrouwen die moeder worden, net als ik.

Op mijn verzoek plaatste vader zijn handtekening onder de schets. 
Je liefhebbende Plonia

Een vangnet bij armoede

Lopen met vier rokken aan, dat is
nog best een kunst.
Ottoland, 12 november 2012

Ha Plonia,

Jouw verhaal over armoedebestrijding vind ik indrukwekkend. Ineens begrijp ik beter waarom familie voor jou zo belangrijk is. Familie hebben jullie als vangnet heel hard nodig.

Bij ons regelt de overheid een heleboel, maar de regering is momenteel flink aan het bezuinigen. Ik verwacht dat mijn tijdgenoten minder individualistisch gaan worden en dat steun van familie belangrijker wordt. Daarmee zullen familierelaties waarschijnlijk meer gekoesterd gaan worden.

Echte armoede

Het lijkt me confronterend om regelmatig met armoede, ziekte en dood in aanraking te komen. In stambomen zie ik terug hoe vaak mensen in jouw dorp weduwnaar of weduwe worden. En hoeveel kindersterfte er bij jullie is. Uit jouw bericht over armenzorg maak ik op dat de organisatie daarvan niet echt goed gecoördineerd wordt. En dat er échte armoede bestaat in de Alblasserwaard. Bij ons houdt armoede meestal in: niet zo welvarend zijn als de gemiddelde Nederlander. Wat natuurlijk ook schrijnend kan zijn.

Vanmiddag hebben we opnamen gemaakt voor een filmpje over kleding in jouw tijd. De beelden moeten we nog monteren (fragmenten aan elkaar plakken), dus het duurt nog even voordat ik je het filmpje kan laten zien. Daarom bij dit bericht vast een foto van mijn outfit, eh... kleding.

Kweeperen

Leuk, jouw foto van kweeperen. Ik heb ze ooit een keer op, maar wij kunnen ze zeker niet bij elke groenteboer krijgen. We gaan er eens naar zoeken, dan kan ik ook een kweepeerrecept uitproberen.

Groet!
Anne Marie

Hulp voor de behoeftige stand

Van kweeperen maak ik heerlijke jam of gelei.
Hardinxveld, 9 november 1912

Beste Anne Marie,

Prachtig, die granaatappel bij jouw bericht. Maar er zitten wel veel pitjes in. Ik heb de foto ook aan Arie laten zien. Nu weten wij voortaan hoe granaatappelen eruitzien als we er in de Bijbel over lezen.


Zelf kreeg ik gisteren van Neeltje een mandje kweeperen. Ik maak er jam of gelei van. Heerlijk hoor. Ken jij deze vruchten?

Armenzorg
Je vroeg me naar de armenzorg. Denk niet dat wij onze armen aan hun lot overlaten. De kerken helpen hen. Ook hebben we de Vereeniging voor Armenzorg, die aan de behoeftige stand broden uitdeelt. Op diverse plekken in het land zijn er oude-liedengestichten. Daar worden oude van dagen opgevangen wier familie niet voor hen zorgt. Dan is er nog het Leger des Heils dat soms warme maaltijden verschaft aan arme kinderen.

Deze maand stond er in de krant dat er door de Armenzorg aan 59 huisgezinnen in Gorinchem zijn uitgedeeld: 188 broden, 28 halve mudden steenkolen en een zak cokes, tot een bedrag van 39,50 gulden. Dan is er nog een Vereeniging Hulpbetoon die arme vrouwen in staat stelt naaiwerk te doen voor hun levensonderhoud. Afgelopen winter is aan behoeftigen een naailoon van 32,50 gulden uitbetaald, las ik onlangs. Ze naaiden onder andere manshemden, kinderhemden, keeper vrouwenrokken en beddenzakken. Die zijn uitgedeeld aan behoeftigen.

Weeshuis
Voor wezen zijn er tehuizen. In de Nieuwe Gorinchemse Courant las ik dat de Binnenmoeder van het burger kinderweeshuis in Gorinchem is overleden. Daarom zoeken ze er nu een huishoudster.



Natuurlijk is er ondanks alles soms schrijnende armoede in gezinnen. Eerder schreef ik je al eens over een gezin in Giessen-Oudekerk dat uit zijn huis was gezet. Deze mensen hadden geen dak meer boven het hoofd. Je ziet soms kinderen in kapotte kleren. Er zijn functionarissen die de armen bezoeken om te zien of de mensen voor hulp in aanmerking komen. Maar 'recht op een uitkering', zoals bij jullie, neen, dat kennen wij niet.

Knorrende maag
Natuurlijk zijn er ook burgers die hun medemensen wat toeschuiven. Vorige week heb ik vrouw Van Wijngaarden een zak appelen en boerenkool van 't land gegeven. Ze heeft een groot gezin en haar man is ziekelijk. Die avond hoefde ze geen van haar kinderen met een knorrende maag naar bed te sturen.

Je liefhebbende Plonia

Gedachten bij een granaatappel

Een granaatappel kun jij vast nergens kopen. Mooi is 'ie hè?
Ottoland, 7 november 2012

Hey Plonia,

Een mooi stilleven, die foto van alle ingrediënten voor jouw schoenlapperstaart. Grappig dat jij kaneel in een papieren zakje koopt. En dat jullie de temperatuur van de oven niet aangeven in recepten. Op zo'n kolenfornuis zit natuurlijk geen thermometer, dat was ik even vergeten. Ik ga het recept ook een keer uitproberen. Zo'n historische lekkernij, dat wil ik proeven.

Vandaag heb ik trouwens iets geproefd wat óók historisch is: een granaatappel. Salomo schreef er in zijn Hooglied al over. Ik denk dat jij bij de winkeliers in jouw dorp geen granaatappel kunt kopen. Maar ja, jij hebt weer roze sparappelen. Ik heb informatie opgezocht over deze aardappel en las dat hij heerlijk smaakt en inderdaad goed te bewaren is. In de winkel heb ik deze aardappel nooit gezien, helaas.

Anti-spruitmiddel

Het schijnt zo te zijn dat de aardappelen die wij tegenwoordig kopen zijn behandeld met een chemisch anti-spruitmiddel. Dan heb ik toch liever een soort die wat minder makkelijk te schillen is, maar wel zonder chemische rommel bewaard kan worden. Dat is dan weer iets wat in jouw tijd beter geregeld is.

Dinsdag stond er in onze krant een citaat van Jac. P. Thijsse (geboren in 1865). Je weet wel, de man van de Verkade-albums. Hij schreef in een brief:

'Ik lees tegenwoordig veel geschiedenis. Heel nuttig, want je ontdekt dan dat het vroeger met de menschen toch nog veel ellendiger gesteld was dan thans. Wanhoop nooit aan vooruitgang.'

Het is waar: werklozen hebben bij ons bijvoorbeeld récht op een uitkering. Verder hebben wij goede arbeidsvoorwaarden, veiligheidsvoorschriften, regelingen voor weduwen en wezen. Bij jullie is dat geloof ik minder goed geregeld.  Schrijf je me daar eens wat over?

Overvloed

Maar... als ik lees hoe tevreden jij bent, en dat je niks weggooit wat nog op de een of andere manier gebruikt of gerepareerd kan worden, dan vind ik jouw tijd beter. Wij kunnen in de winkels een enorme overvloed aan voedsel krijgen, uit alle uithoeken van de wereld. Granaatappels, ananassen, bananen, aardbeien en frambozen (ook in november nog!), heel veel soorten groenten. Sla is er het hele jaar door. Toch wordt er momenteel veel geklaagd.

Als je veel hebt, heb je veel te verliezen. Dat maakt eerder angstig dan dankbaar.

Hartelijke groet,
Anne Marie

Heerlijke platte taart

Hardinxveld, 5 november 1912

Beste Anne Marie,
Een builtje kaneel moet je wel in huis halen. En stook het fornuis niet te heet op.

Vanmorgen sprak ik moeder, toen heb ik haar meteen gevraagd hoe lang zij de schoenlapperstaart in de oven laat. Ongeveer een uur. Het hangt natuurlijk wel van de dikte van de taart af. En je moet het kolenfornuis niet te heet opstoken; de taart moet langzaam garen.

Platte taart

Toen mijn wasgoed op het bleekveld lag, ben ik even naar de kruidenier gelopen voor een builtje kaneel. Vanmiddag heb ik moeders recept uitgeprobeerd. Om de kosten heb ik er veel minder suiker in gedaan en ik heb alle hoeveelheden gehalveerd. Daardoor werd de taart wel heel plat.

Ik heb vijf goudreinetten uit de kelder genomen, 2 eetlepels suiker, een theelepel kaneel, zes beschuiten, 50 gram romige boter, drie eieren van onze kippen en een mespunt zout. Het eiwit moet je stijf kloppen en de boter moet je eerst laten smelten.



Je begint met moes koken van de appelen met de suiker. Daarna voeg je de kaneel toe. De beschuiten verkruimel je. Het beschuitkruim voeg je toe. Ook de gesmolten boter vermeng je met de moes. Dan mogen ook de eierdooiers en het zout erbij. Als laatste schep je de stijfgeklopte eiwitten door het mengsel.

Heerlijk fris

Moeder zegt dat deze lekkernij de volgende dag nog heerlijker smaakt. Zojuist namen Arie en ik een puntje bij de koffie. Arie is extra vroeg uit de hoepmakerij gekomen vanavond. Of het vanwege de taart was durf ik niet te zeggen. We vonden allebei dat de mensen vroeger goed wisten wat lekker is. Door de appelen smaakt de taart heerlijk fris. Het boekje waar moeder het recept uit heeft, is uit 1866 en werd geschreven door Henriëtte Davidis. Al eerder schijnt het werkje in het Duits te zijn verschenen.

Het overblijfsel heb ik in de kelder gezet. Morgen krijgt de kleine Gerrit ook een stuk. Wat zal hij smullen.

Je liefhebbende,
Plonia

Oud recept

Ottoland, 4 november 2012

Ha Plonia,

Zou je jouw moeder om wat meer informatie over de schoenlapperstaart willen vragen? Hoe lang moet het gebakken worden? En op welke temperatuur? Op Twitter vroeg iemand om meer informatie en zelf zou ik het recept ook wel eens willen uitproberen. Hoe oud zou het recept zijn?

Groeten,
Anne Marie

Aardappelen en schoenlapperstaart

De roze sparappel is een aardappel die je lang
kunt bewaren.
Hardinxveld, 3 november 1912

Beste Anne Marie,

Vandaag ga ik heel eerlijk tegen je zijn. Je vroeg je af of mijn leven misschien grauw en saai is. Welnu, dat vraag ik me wel eens af als ik over jouw leven lees. De redactie van de krant waar je werkt ziet er geenszins genoeglijk uit. Ik zie geen kachel branden, geen fraaie lamp aan de zoldering hangen, geen pot met vrolijk bloeiende geraniums, geen mooie gordijntjes. Dat alles heb ik daaglijks om mij heen.

Maaltje aardappelen

Er is meer wat mij niet zou bevallen. Jouw familie woont niet bij je in het dorp, en wat is een mens zonder familie? In ieder geval stuk eenzamer dan de gelukkige wiens familie nabij leeft. En dan de manier waarop jij het eten bereidt. Neem nu die kruidcake, zonder roomboter en eieren. Of pap uit een kartonnen pak in plaats van vers bereid. Dat snelle voedsel van jullie vind ik niet begerenswaardig.
Zojuist heb ik een maaltje aardappelen uit mijn kelder gehaald: roze sparappels. Die zijn heerlijk van smaak en je kunt ze lang bewaren.

Steeds als ik in mijn kelder kom, voel ik mij rijk: zoveel oogst bijeen verzameld! Een mens moet natuurlijk wel genieten van de eenvoudige dingen des levens. Neen, ik kom niet in restaurants. Maar als ik heerlijk met mijn voeten op een warme stoof aan tafel zit, en samen met Arie van een voedzaam maal geniet, heb ik niets meer te wensen hoor.

Je vroeg om een oud recept. Ik heb moeder er eens naar gevraagd. Ze gaf me het recept voor schoenlapperstaart. Zelf heb ik het nog nooit gemaakt. Het komt uit een boekje dat ze kreeg bij haar trouwen: 'De huisvrouw'.

Schoenlapperstaart

Neem een dozijn grote appelen, tot moes gekookt, zes eieren, tien gestoten beschuiten, wat kaneel, een ons boter en zes lepels suiker. Bak alles tezamen in een schotel of taartenpan. Nu, dat is eens iets anders dan voedsel uit een zakje nietwaar?

Je liefhebbende,
Plonia
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...