Logeerpartij in 1912

De priemende, keurende blikken van vrouwen uit jouw buurt.
Ottoland, 29 september 2012

Hoi Plonia,

Een ritje in een Tilbury, dat lijkt me een stuk leuker dan een autorit. Het geluid van paardenhoeven, wind in je gezicht, je benen warm onder een leren voetenkleed, regen die op de kap van wasdoek tikt; dat is het echte reizen. Geen files, geen uitlaatgassen, alleen af en toe een kuil in de weg.

Hoe zou het zijn om een weekje bij jou te logeren? Soms probeer ik me dat voor te stellen. Je zou me aan gepaste kleding moeten helpen, want in een spijkerbroek kan ik me natuurlijk niet vertonen in jouw dorp.

Ongemakkelijke stilte

Daar loop ik dan, in een oude rok van jou die we voor mij op lengte hebben gemaakt met een strook gordijnstof. Op de dijk stel je me voor aan jouw buurvrouwen. 'Dit is familie van mij, uit Ottoland.' Ze bekijken me nieuwsgierig, laten hun ogen keurend langs de verstelde rok gaan. We drinken koffie bij jouw moeder en haar buurvrouw. Ik informeer naar jouw zwangerschap, waarop er een ongemakkelijke stilte valt. Je moeder roert in haar koffie, buurvrouw schuifelt met haar voeten. Jij legt een vinger op je mond en schudt je hoofd. Als we naar huis lopen leg je me uit: 'Daar práten wij niet over. Mijn moeders buurvrouw wéét niet eens dat ik in verwachting ben.'

's Middags aan tafel informeert Arie naar het werk van mijn man. Ik probeer hem uit te leggen hoe in mijn tijd een uitgeverij werkt. Dat boeken niet meer met loden letters gedrukt worden. En hoe ze dan wél gemaakt worden. Arie en jij luisteren verbaasd. Na het middageten leer jij me hoe ik sokken moet stoppen. Ik breng er niet veel van terecht. Je moet me trouwens alles leren: wassen met de hand, de kachel aansteken, de vis schoonmaken die je van een buurman krijgt. En als ik aan het einde van de middag de geit melk, lach je me uit. 'Wat een miezerig straaltje komt eruit. Zo ben je een uur bezig.' Na een kwartier neem jij het van me over. De melk spuit de emmer in.

Naar de plee

Na de avondboterham lees ik jou voor uit het advertentieblad, terwijl jij sokken stopt en een laken verstelt. Als Arie klaar is in de hoepmakerij, omstreeks negen uur, eten we nog een bordje pap. Dan kruip ik onder de dekens op een stromatras. 's Nachts hoor ik uilen roepen. Als ik nodig moet, wandel ik met een olielamp naar de plee in de achtertuin. De enige po in huis staat namelijk onder het bed van jou en Arie. De volgende ochtend was ik me bij de gootsteen, terwijl jij de geit aan het melken bent. Arie is al lang in zijn hoepmakerij aan het werk.

Na het ontbijt bespreek jij de noodzaak van een corset. Dat moet ik toch echt eens aanschaffen. Ik knik gehoorzaam. Onderweg naar de plee struikel ik bijna over mijn lange rokken. Ik verlang alweer naar mijn spijkerbroek.

Tot schrijfs!
Anne Marie

Armoedig en toch voornaam

Onze voertuigen hebben allemaal twee bomen,
het lamoen. Toen ik voor het eerst een auto-
mobiel zag, vond ik het maar vreemd: een
wagen zonder lamoen.
Hardinxveld, 26 september 1912

Beste Anne Marie,

Of ik Adriana Kamsteeg-Tieleman ken? Zeker! Vorige week heb ik haar nog gezien. Ze zat samen met haar man in de Tilbury van boer Verspui, bij wie Kamsteeg knecht is. Weet jij eigenlijk wel wat dat is, een Tilbury? Dat is een klein rijtuigje op twee wielen, met een zwarte kap erboven. Er kunnen twee mensen in. Ik weet dat Ariana en haar man de Tilbury af en toe mogen gebruiken om op bezoek te gaan bij familie in Groot-Ammers. Zo'n rijtuigje is erg geschikt om over slechte wegen te rijden. Verspui heeft een exemplaar met een kap van wasdoek en een fraai gebogen lamoen. Er hoort een leren voetenkleed bij.

In een rijtje voor de plee

Als ik Kamsteeg en zijn vrouw zo voorbij zie rijden, zien ze er bijna voornaam uit. Maar dat zijn ze niet hoor, ze zijn arm. Ze hebben geen kelder, daarom zetten ze hun Keulse potten in de kelder van een overbuurvrouw, mevrouw Koster. En hun plee delen ze met de buren. Als ik over de dijk voorbij hun huis loop, zie ik soms een heel rijtje kinderen die voor de plee op hun beurt staan te wachten. Ook als het regent.

Adriana is een heel godvruchtige vrouw. Ze gaat regelmatig bakeren in arme gezinnen die geen geld hebben om een baakster in te huren. Dan doet ze de was van de kraamvrouw én van haar eigen grote gezin. De Jo die jij gesproken hebt zal haar jongste kind zijn. Als ik het kleintje nog eens zie, zal ik eraan denken dat jij haar ook kent!

Je liefhebbende,
Plonia

Gesprek met een dorpsgenote

Jo van Wijngaarden is in 1910 bij jou in de
buurt geboren.
Ottoland, 24 september 2012

Zeg Plonia,

Ken jij Adriana Kamsteeg die in de buurt van de Boorstoep aan de Buitendams woont, niet ver bij jou vandaan? Adriana is baakster bij arme mensen en verdient daar niks mee; de kraamvrouwen hebben nauwelijks geld. Haar man is knecht bij boer Verspui. Twee jaar geleden (vanuit jouw perspectief gezien) hebben ze een dochtertje gekregen: Jo.

Deze Jo uit 1910 heb ik vandaag gesproken.

Ze heet nu Jo van Wijngaarden-Kamsteeg en is onlangs 102 jaar geworden. Het leuke is Plonia: ze kan zich jouw man Arie Loeve nog herinneren. Haar vader heeft ook af en toe hoepels gemaakt. De schillen van de wilgentenen gebruikte Jo's moeder om het fornuis mee te stoken.

Niet zwemmen

Ik ben een paar uur bij mevrouw Van Wijngaarden op bezoek geweest, en dat was eigenlijk te kort. Het is boeiend om haar te horen vertellen over jouw dorp. Over meisjes die niet mogen zwemmen (Jo ook niet, maar sommige meisjes mogen wel), over verjaardagen die niet gevierd worden ('de mensen hadden geen centen'), over wachten in een rij voor de plee buiten (waar niet alleen het eigen gezin van elf personen, maar ook de buren gebruik van maken), over eten op de grond, met je bord op een stoof (want voor negen kinderen is de tafel te klein, en bovendien zijn er niet genoeg stoelen), over ouders die elke ochtend om 4 uur opstaan (en hard werken totdat ze weer naar bed gaan), over verkering hebben (maar nooit samen mogen zijn met je vriendje, stel je voor).

We hebben het ook gehad over alle onderrokken die de vrouwen in jouw dorp dragen. En over hun corsetten. Mevrouw Van Wijngaarden draagt er nog altijd een. Haar gezicht zit vol met heel fijne rimpeltjes. Daar lacht ze om. "Vooruit maar, je voelt er niks van."

Ik hoop dat ik ook zóveel rimpeltjes krijg.

Liefs,
Anne Marie

Tijd voor de voetenstoof

Heerlijk warm, zo'n voetenstoof.
Hardinxveld, 21 september 1912

Beste Anne Marie,

Jij verkeert in welingelichte kringen! Dat jij nu al wist van Neeltjes zwangerschap. Die kleinzoon van wie jij het hoorde heeft wel zijn mond voorbijgepraat, want de buurvrouwen weten het nog niet hoor.
Ik heb Neeltje jouw felicitaties overgebracht en ze laat je bedanken. Ze heeft al een dochtertje, Lena, dus van zwangerschapskwaaltjes weet ze alles al.

Kouwelijk

Over zwangerschapskwaaltjes gesproken: ik ben wel kouwelijk de laatste tijd. In ons dijkhuis koelt het 's avonds  en 's nachts aardig af. Het is ook al september, de herfst is vandaag begonnen. Toch wil ik de kachel nog niet aansteken. Ik heb mijn voetenstoof tevoorschijn gehaald. De gloed van de kooltjes is werkelijk aangenaam.

Nu moet ik brood gaan snijden voor Arie. Na het avondeten, voordat hij weer aan 't werk gaat, moet hij de ouwe Cornelis die verderop aan de Rivierdijk woont even naar z'n dochter brengen. Cornelis is erg slecht ter been, dus Arie brengt hem in zijn kruiwagen. Als Cornelis dan bij zijn dochter een borreltje heeft gedronken, brengt een buurman hem weer per kruiwagen naar huis. Zo helpen we mekaar.

Succes met je gedroogde appelen!
Plonia

Nieuwtje in de familie

Jouw zus Neeltje de Kok-Weppelman als tiener.
Ottoland, 19 september 2012

Hoi Plonia,

Ik heb iets bijzonders gehoord waarover jij me nog niet hebt verteld: jouw zus Neeltje is ook in verwachting! Het is nog maar ongeveer een maand, maar omdat jullie heel vertrouwelijk met elkaar omgaan, weet jij het vast ook al. Wil je mijn felicitaties aan Neeltje overbrengen? Leuk om gezellig samen zwanger te zijn als zussen. Jullie kinderen kunnen straks met elkaar spelen.

Een mailtje

Weet je van wie ik het hoorde? Van een kleinzoon van Neeltje. Hij stuurde me gisteren een mailtje omdat hij ons blog zo leuk vindt. Toch grappig hoe de nieuwtjes in de familie zich door alle tijden heen blijven verspreiden. De kleinzoon die me erover mailde heb ik trouwens nog nooit ontmoet. Via dit blog kwam hij ons op het spoor.

Bedankt voor het recept voor gedroogde appeltjes. Dat ga ik binnenkort uitproberen. Ik heb trouwens ook een Keulse pot gevonden. Iemand in de familie had er nog een en ik mag hem lenen. Dus komende winter ga ik voor het eerst van mijn leven zuurkool maken.

Stamboom

Leuk dat je de stamboom van Arie Loeve ook hebt doorgegeven.  http://www.plonialoeve.com/p/stamboom.html
Hopelijk vind ik nog eens de tijd om over Aries voorouders wat meer uit te zoeken. Over voorouders gesproken: ik ben benieuwd of de mevrouw van de hervormde kerk in Woudenberg al heeft gezocht naar informatie over jouw grootmoeder Maatje Veldhuijzen, die zwanger was en ongehuwd. Ze zou zoeken in de notulen van de kerkenraad. Misschien moet ik die mevrouw maar weer eens mailen.
Bij ons wordt het nu trouwens ook frisser weer. Zal ik ook een borstrok gaan breien?

Liefs,
Anne Marie

Bezoek van 't Vlooienventje

Ik had een emmer vol toen ik mijn gedroogde
appelen ophaalde bij de bakker. Ik bewaar ze
in blikken.
Hardinxveld, 17 september 1912

Beste Anne Marie,

Och, wat was het fris toen ik deze morgen vroeg opstond om de was te doen. Het water waarin 't wasgoed vanaf zaterdagavond had staan weken was gewoon koud. Een mens zou er reumatiek van krijgen. Eerdaags haal mijn gebreide borstrok uit de mottenballen. Met het aansteken van de kachel wachten we nog maar even, een mens moet geen kolen verspillen. Gelukkig knapt een mens op van een kop hete koffie.
Ik heb de bedelaar die zo nu en dan door het dorp sloft ook een bak koffie gegeven. De mensen noemen hem 'het Vlooienventje'. Vanwege zijn naam durf ik hem nooit in huis te laten. Het Vlooienventje slurpte dat het een lust was en had het over de mond en klauwzeer die net als vorige zomer heerst. Nu maar hopen dat onze geit Gijsje ervoor gespaard blijft.


Keulse pot

Dat jij nou toch geen Keulse pot meer kunt krijgen in jouw dorp. Als de mensen geen zuurkool meer maken, wat doen ze dan eigenlijk met de jeneverbessen die jouw kruidenier nog wel verkoopt? Zelf ga ik morgen weer een voorraadje bonen in het zout leggen, in een Keulse pot, dat spreekt vanzelf. Dat doen de mensen in jouw dorp blijkbaar ook niet meer. Ik vroeg het Vlooienventje of hij zich kon voorstellen dat de mensen later geen Keulse potten meer in hun kelder hebben staan. 'Da's onmeugelijk', zei hij. 'Een mens ken d'n winter niet doorkomme zonder voorraad.'

Recept

Met plezier geef ik je een recept voor het bereiden van gedroogde appelen:
Je neemt 150 à 200 gram gedroogde vruchten, 4 deciliter water, een stukje pijpkaneel, aardappelmeel en 50 à 100 gram suiker. Het kan nodig zijn de appelen te wassen. Daarna zet je ze een nacht in de week met de pijpkaneel. Voor de maaltijd moet je ze 20 minuten koken, met pijpkaneel en suiker. Schep dan de vruchten met de schuimspaan uit het vocht en haal de pijpkaneel eruit. Bind het vocht met het aangemengde aardappelmeel en giet dat over de vruchten. Laat me maar weten of je het lekker vond. Zelf bewaar ik mijn gedroogde appelen nog. Er zijn voldoende verse vruchten momenteel.

Je liefhebbende,
Plonia

Jeneverbessen

Jeneverbessen, gewoon uit de supermarkt.
Ottoland, 14 september 2012

Hey Plonia,

Tot mijn grote verbazing heb ik vandaag zonder moeite jeneverbessen gescoord...eh, gevonden. Gewoon in een supermarkt. Dat is een kruidenier met een hele grote winkel, zonder toonbank, maar wel met een kassa. Een paar kassa's, om precies te zijn. Eerlijk gezegd dacht ik dat niemand anno 2012 nog jeneverbessen zou kopen of verkopen. Zelf had ik ze in ieder geval nog nooit gekocht. Ik tuurde tussen de peperkorrels, de kaneelstokjes en de kruidnagelen. En tussen exotische kruiden die moderne mensen in hun eten doen. Maar bij kruidenrekken heb ik hetzelfde als bij boekenkasten, ik vind er alleen wat ik niet zoek.

Geen cranberry's

Een jongen met twee oorbellen in (dat is mode bij ons, van die platte rondjes op de oorlel), keek me glazig aan toen ik hem naar jeneverbessen vroeg. Zijn collega zei aarzelend: 'Oh, cranberry's'. Typisch kinderen van moeders die nooit zuurkool maken. Ik zei: 'Nee, geen cranberry's. Jeneverbessen, voor de zuurkool.'
|Kun jij je dat voorstellen? Kruideniers die niet weten wat ze verkopen? Gelukkig bemoeide een derde medewerker zich ermee. 'Bij de kruiden. Ik weet het zeker'. Hij had gelijk. Ik ging de winkel uit met een doorzichtig plastic doosje met zwarte bolletjes erin. Bolletjes die lekker kruidig ruiken.

Toen moest ik nog een Keulse pot hebben. Ik ging naar de Welkoop, een winkel waar ze dicht bij het agrarische leven staan. Waar medewerkers weten wat je met witte kolen uit je moestuin doet als het winter wordt. Maar nee, ze hadden geen Keulse pot. Daar sta je dan, met je jeneverbessen.

Verjaardagen

Je vroeg hoe het kan dat wij op onze verjaardagen zoveel visite krijgen. We hebben het wel druk, maar de meeste mensen zijn 's avonds niet meer met hun werk bezig. En we hebben allemaal een auto, je weet wel, een automobiel. Het gevolg is dat we naar veel verjaardagen gaan, taart, worst en  bonbons eten en dat de helft van de Nederlanders te dik is.

Je hebt me trouwens nog niet verteld wat je met jouw gedroogde appeltjes gaat doen. Eet je die zo op? Of doe je ze door je eten?

Groet,
Anne Marie

Over zuurkool en onzin

Arie schonk me een paar mooie planken. Hij
heeft ze meteen bevestigd.
Hardinxveld, 12 september 1912

Beste Anne Marie,

Hoe kan het zijn dat jarigen een huis vol visite hebben bij jullie? Hebben die mensen daar tijd voor? En wonen ze allemaal dichtbij of hebben ze zelfs tijd om te reizen? Wij werken van 's morgens vroeg totdat de kippen op stok gaan. Nu ja, in de winter niet hoor, dan zitten de kippen al voor 't avondeten op hun stokken.

Bij mij is in de morgen mijn moeder op bezoek geweest. Ze at boerenmeisjes met mij en ik kreeg een mooie kop en schotel van haar. 's Middags kwam zus Neeltje even, van haar kreeg ik een ontbijtbordje dat bij de kop en schotel past. Gisteravond kwamen broer Pieter en de kleine Gerrit nog even. Zij wonen naast ons, maar dat wist je al. Pieter dronk met Arie een borreltje. Gerrit zat toch te smullen van de broeder die ik 's morgens had gebakken, 't was een genot om naar te kijken. O, wat ik bijna vergeet te vertellen: Arie had een paar mooie planken voor me gekocht en rood geverfd. Voor in de keuken. Ik zend je een foto.

Onzin

Je schreef iets over vrouwen die 'economisch onafhankelijk' zijn. Ik begrijp niet zo goed wat daarmee bedoeld wordt. Als je het mij vraagt, zijn we allemaal afhankelijk van elkaar. Als je vee in de sloot ligt, als de bliksem inslaat, als je bedlegerig bent of als je suiker op is; er zijn zoveel momenten waarop een mens het alleen niet redt. Arie is net zo goed afhankelijk van mij, en Pieter van zijn huishoudster. Wie moet er de was doen als zij aan het werk zijn in de hoepmakerij of de smederij? Wie moet de meubels poetsen, het eten koken, warme sokken breien? Nee, ik vind het maar onzin, dat gedoe over onafhankelijkheid.

Zuurkool

Je vroeg hoe ik mijn zuurkool maak. Nu, dat is werkelijk eenvoudig:
Neem 2 kilo witte kool, grof gesneden of geschaafd, 30 gram zout, 10 gram zwarte peperkorrels, 10 tot 20 gram jeneverbessen. Je moet de koolsnippers in kleine porties kneden met zout, totdat de kool zacht wordt. Dan leg je de kool in lagen in je Keulse pot, met de peperkorrels en jeneverbessen ertussen. De bovenste laag moet je afdekken met een doek. Daar leg je een plank bovenop met een flinke steen om de plank te verzwaren. De pot moet je enkele dagen in je kelder laten staan en het vocht giet je regelmatig af. Weet je dat het met rode kool ook kan? De kool kun je na vijf weken eten. Lekker met spekjes.

Eet smakelijk!
Plonia

Heerlijke boerenmeisjes

Hardinxveld, 11 september 1912

Dag Anne Marie,

Veel dank voor je felicitatie. Momenteel heb ik bezoek, dus ik houd het kort. Morgen schrijf ik je meer. Wel stuur ik je vast een foto van de heerlijke boerenmeisjes waarvan ik deze ochtend met mijn moeder heb genoten.

Je liefhebbende,
Plonia
P.S. Kun je mij voor mijn verjaardag niet zo'n prachtige verjaardagskalender sturen? Of moet ik dan eerst meedoen met de wedstrijd? Nu ja, die zou ik natuurlijk glansrijk winnen.

Gefeliciteerd!

Ottoland, 11 september 2012

Ha Plonia,

Heel hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag! Heb je veel bezoek gehad vandaag? Bij ons is het heel gewoon om op je verjaardag de hele dag met taart en hapjes heen en weer te rennen, zoveel visite komt er bij veel mensen.
Heb je een leuk cadeau gekregen van Arie?

Groet,
Anne Marie

Wedstrijd

Wedstrijd!   

'Laat 1912 herleven'


Ter gelegenheid van Plonia's verjaardag op 11 september organiseert het Plonia Project een wedstrijd. Iedereen die het jaar 1912 op de een of andere manier via dit blog laat herleven, maakt kans op een unieke
Plonia Loeve Verjaardagskalender.

De kalender laat je de twaalf maanden van het jaar beleven zoals huisvrouwen in 1912 dat deden, met onder andere foto's van schoonmaakijver en een zonnig bleekveld in het voorjaar, pudding met bessensap in de zomer, de oogst van het eigen land in het najaar en breinaalden met warme sokken en sudderend stoofvlees op een petroleumstel in de winter.
De kalender is afgedrukt op A4-formaat, op papier van hoge kwaliteit (250 grams).

Hoe kun je meedoen? 

Dat kan op veel manieren. Alles wat betrekking heeft op het jaar 1912 en middels foto's of tekst publiceerbaar is op dit blog, komt in aanmerking. Denk aan:
- recepten van vroeger
- foto's van onder andere mensen (misschien wel uit je eigen familie), kleding, huizen of interieurs
- verhalen die iets beschrijven van het leven uit die tijd
- anekdotes over voorouders die leefden omstreeks 1912
- beschrijvingen van gebruiksvoorwerpen of beroepen (ambachten)

De drie mooiste, leukste of ontroerendste bijdragen worden beloond met de Plonia Loeve Verjaardagskalender.
Door een bijdrage in te zenden, geef je toestemming voor publicatie op dit blog. Digitale bijdragen kunnen worden gemaild naar: plonialoeve@gmail.com. Post kan worden verstuurd naar: Plonia Project, p/a Burgemeester Visserwerf 9, 2975 BP Ottoland.

Let op:

- Vergeet niet je eigen adres te vermelden, anders kunnen we je de kalender niet toesturen als je in de prijzen valt.
- Wie bijdragen weer terug wil, moet een gefrankeerde retourenveloppe bijsluiten.
- Het Plonia Project zal alle bijdragen met zorg behandelen, maar kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan per post ingestuurde bijdragen die de afzender retour wil ontvangen.
- De inzendtermijn sluit op donderdag 11 oktober.

Laat anderen meegenieten van jouw bijdrage en doe mee!


Economisch zelfstandig?

Ik koop al mijn voedsel in de winkel. Wij zijn totaal
afhankelijk van de levensmiddelenindustrie. Hoezo
zelfstandig?
Ottoland, 8 september 2012

Hey Plonia,

Wat leuk dat je de boerderij op Binnendams 6 herkent. En dat je weet wie er wonen. Als ik er weer eens kom, zal ik proberen om me voor te stellen hoe Aart, Eigje en hun kinderen er met melkbussen rondsjouwen, 's avonds in hun bedstee naar het roepen van de uilen luisteren en 's morgens voor dag en dauw hun koeien melken. Doe Aart en Eigje maar de groeten van jouw familielid uit Ottoland. Ik vind dat ze een prachtige boerderij hebben.

Zuurkool maken

Jij hebt momenteel veel werk aan het conserveren van de oogst uit je moestuin en boomgaard zeg. Wat ga je straks eigenlijk met al die gedroogde appeltjes doen? Op rozijnen na eten wij zelden gedroogd fruit. En zuurkool heb ik nog nooit gemaakt; ik zou niet weten hoe dat moet. Wil je me eens schrijven hoe jij dat doet? Dan kan ik het ook proberen. Misschien is zelfgemaakte zuurkool wel lekkerder dan die uit de winkel.

Elkaar nodig

Ik las in je laatste bericht op Twitter dat het bij jullie fris, regenachtig weer is. Bij ons is er van de komende herfst nog weinig te merken. Het is al dagen prachtig weer. Helaas heb ik weinig tijd om ervan te genieten; moderne vrouw zijn is ook niet alles. Veel mensen vinden tegenwoordig dat vrouwen economisch zelfstandig moeten zijn. Anno 2012 is bijna de helft van de vrouwen dat (48 procent, tegenover 69 procent van de mannen). Dit betekent dat ze genoeg verdienen om zichzelf te kunnen bedruipen. Ik vind het altijd een bedenkelijk begrip, want een man met een paar kinderen is net als 52 procent van de vrouwen ook niet helemaal zelfstandig; dankzij de zorg die zijn vrouw aan de kinderen besteedt, heeft hij de handen vrij voor zijn werk. Want kinderopvang is leuk, maar wie gaat met de kinderen kleding kopen, naar de kapper, dokter, muziekschool, zwemles en tandarts, wie organiseert het kinderfeestje, de cadeautjes voor jarige vriendjes/vriendinnetjes, verkleedkleren als de juf jarig is en heel veel dingen meer? Ik ken geen vader met een drukke baan die dat er allemaal bij kan doen. Dus: de meeste mannen zijn zorgafhankelijk, de meeste vrouwen economisch afhankelijk. Is het zo erg als we elkaar nodig hebben?

Volgens mij ben jij trouwens ook behoorlijk onafhankelijk. Je verbouwt en conserveert een groot deel van je eigen voedsel. In mijn omgeving weten de meeste mensen - mannen én vrouwen - niet eens meer hoe dat moet. Ik zeg: respect.

Hartelijke groet,
Anne Marie

Midden in de oogsttijd

De eerste oogst uit onze boomgaard.
Hardinxveld, 5 september 1912

Beste Anne Marie,

De boerderij op de foto die je mij zond herken ik zeker! Mijn schoonvader Willem Loeve woont er tegenover. Ik weet hoe de familie heet die er woont: het zijn Aart en Eigje Muilwijk met hun kinderen. Eigje is de dochter van de vorige bewoner, boer Johannes Beuzekom. Ik zal Aart en Eigje maar niet vertellen dat jullie over honderd jaar mijn kleding in hun boerderij tentoon gaan stellen. Ze zouden zeker denken dat ik krankzinnig geworden ben. Aart is een man die van aanpakken weet. Zijn kinderen zie ik ook vaak bezig op het erf. Melkbussen boenen, mest kruien, emmers sjouwen.

Buikpijn

Of de oogst in mijn boomgaard al is begonnen? Wat dacht je. We hebben zoete appels, maar ook Lemoenen. Ken je die? Ze lijken op de Goudreinet. Ik gebruik ze voor de moes. Op zolder heb ik kranten uitgespreid. Daarop bewaren we de appels, in rijen naast elkaar. Bewaarappels blijven maanden goed hoor. Ik ben ook al bij bakker Van Wijngaarden geweest, om een afspraak te maken voor het appeltjes drogen. Volgende week kan ik een paar emmers brengen. Mijn moeder, zus Neeltje en Aartje, de huishoudster van broer Piet, komen dan helpen met schillen. Omdat ik altijd mijn brood bij Van Wijngaarden koop, wil hij mijn appels gratis voor me drogen op zijn oven. Moeder bewaarde vroeger gedroogde appeltjes op zolder. Als kind heb ik daar samen met Neeltje eens vreeslijk van gesnoept. Toen de appeltjes opzwollen in onze buik, kregen we buikpijn.

Zuurkool maken

Ook in mijn moestuin is er veel oogst. Gisteren heb ik bonen in het zout gezet, in een grote Keulse pot. Binnenkort kunnen we ook walnoten oogsten. En peren stoven. En over een tijdje ga ik ook zuurkool maken. Doe jij dat ook?

Arie roept of ik al koffie heb, dus ik stop nu met schrijven.

Je liefhebbende,
Plonia

Oude kleding in plaats van koeien

Museumboerderij De Koperen Knop.
Ottoland, 3 september 2012

Hoi Plonia,

'Menschen' die 'in troepjes' voor de winkelruit staan om te kijken naar een prent met een naaktmodel dat door de winkelier is bedekt met een lapje... Op de een of andere manier vind ik de mensen in jouw dorp soms vertederend. En de manier waarop man en vrouw in jouw Alblasserwaardse dorp met elkaar omgaan, dat jullie je 'naaktheid' niet aan elkaar tonen, daar kan ik mij niets bij voorstellen. Maar goed, laten we het onderwerp verder laten rusten. Ik wil je niet nog meer in verlegenheid brengen. Het is heel aardig van je dat je mijn vragen hebt willen beantwoorden, ondanks het ongemakkelijke gevoel dat ik jou ermee bezorgde.

Museum

Iets heel anders: herken je de boerderij op de foto? Hij staat aan de Binnendamseweg in Giessendam. Je zult er vast regelmatig langs komen. Wij noemen die boerderij 'De Koperen Knop'. Er is een museum in gevestigd. Volgend jaar mogen Marlise en ik jouw kleding daar aan de mensen laten zien. Dus als je nog eens langs die boerderij komt, bedenk dan dat daar over honderd jaar mensen lopen die zich vergapen aan jouw nagemaakte rokken, ondergoed en corset. Da's moeilijk om je voor te stellen natuurlijk, als je daar de boer en boerin aan hun tafel ziet zitten en de koeien in de stal ziet staan.

Kerkenraadsnotulen

Ik heb trouwens maar weer eens gebeld met de hervormde kerk in Woudenberg, waar jouw vader is gedoopt. Iemand had me beloofd om in kerkenraadsnotulen te gaan zoeken naar informatie over jouw grootouders, maar ik hoorde al maanden niets meer. Nu heeft een heel aardige mevrouw me beloofd eens te gaan speuren. Misschien ontdekt ze of Izaak Weppelman echt de vader van jouw vader was.

Kun je de oogst in je boomgaard al binnen halen? Wij kunnen alweer appels kopen bij de appelboer in ons dorp.

Hartelijke groet,
Anne Marie
Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...